Vuurtoren

Het Noordereiland: meer dan alleen een omlijsting voor de Lord of the Rings

Na acht weken roadtrippen klinkt het verwend: op het Noordereiland wordt je niet zo omringd door spectaculaire natuur, zoals dat op het Zuidereiland wel het geval is. Tegelijkertijd constateren we dat ook het Noordereiland zeker ook de moeite waard is. De onderstaande vijf momenten onderstrepen dat.

Het Noordereiland van Nieuw-Zeeland

In de voetsporen van Bilbo en Frodo
Een reis over het Noordereiland is niet compleet zonder de Tongariro Crossing gedaan te hebben, wat ook wel de mooiste eendaagse wandeling ter wereld wordt genoemd. Na aankomst op Whakapapa Holiday Park reserveren we een plekje in de bus die ons zal wegbrengen en ophalen. De wandeling loopt namelijk niet geheel rond. Als we de volgende dag bij het startpunt afgezet zijn, blijken we zeker niet de enigen te zijn. Tientallen mensen staan ook op het punt om aan de 19,4 kilometer tellende wandeling te beginnen. De wandeling gaat eerst langs Mount Ngarahoe (oftewel de Mount Doom die Frodo beklimt). Daarna lopen we door een heel grote krater, waaruit stoom opstijgt. Tot slot zijn ook de Emerald Lakes prachtig en fotogeniek. De wat saaie laatste kilometers moeten we daarna voor lief nemen. Tip voor toekomstige wandelaars: ga, net als wij, op een heldere dag. Anders is het zonde van de overwegend prachtige, maar toch ook wel toeristische, wandeling.

Nieuw-Zeeland

Een andere toeristische attractie is Hobbiton. Oftewel de filmset van het dorpje van Bilbo, Frodo en de andere hobbits. Als ons tijdslot aan de beurt is brengt een bus ons naar de filmset. Een gids begeleidt ons door het dorp en vertelt allerlei leuke weetjes. Zo heeft het Nieuw-Zeelandse leger de weg naar de filmset aangelegd. In ruil daarvoor mochten de militairen als ork figureren in de films. Ze waren echter zo fanatiek tijdens de veldslagen dat regisseur Peter Jackson hen moest afremmen. Anders zouden er onder de acteurs gewonden vallen. De tour leidt ons langs de Hobbit holes en de karakteristieke eikenboom, om te eindigen in The Green Dragon. In deze pub, die ook in de films zat, nemen we een Southfarthing ale. Toeristisch of niet, we proosten op een erg leuke tour!

Frodo

Van de gebaande paden af

De meest voor de hand liggende toeristische route op het Noordereiland gaat van Wellington, via de Tongariro Crossing naar Taupo, Rotorua en de Coromandel, om vervolgens in Auckland te eindigen. Omdat wij meer tijd hebben, wijken we van dit gebaande pad af. Na Taupo buigen we af naar de oostkust. Aangekomen op Mahia Beach kunnen we ons campertje pal aan het strand zetten. Dit is één van de weinige plekken waar freedom camping nog is toegestaan. Het is er heerlijk onthaasten en prima toeven. Daarna rijden we naar Gisborne, waar de stranden zich prima lenen voor surflessen. Het lukt ons uiteindelijk te blijven staan op een surfboard voor beginners, die zeker een keer zo lang is als wij zijn. We zijn als een kind zo blij. Later in Raglan, aan de westkust, nemen we nogmaals surfles. Dan blijkt nog eens hoe moeilijk surfen eigenlijk is. We krijgen dan namelijk een stuk kortere boards, waardoor blijven staan nauwelijks mogelijk is. De lol is er niet minder om.

Wave

Ook Cape Reinga ligt niet op het gebaande pad. De kustlijn, onderweg er naartoe, kent op sommige stukken enorme duinen, waar je vanaf kan glijden met een ‘sand board’. Het is een hele onderneming om de zandduinen te beklimmen, maar de afdalingen zijn tof! Na het ergste zand van ons afgeklopt te hebben, rijden we naar de Tapotupotu Campground. Het is een basic camping, maar prachtig aan het strand gelegen. Vanwege de erg ruwe zee wordt zwemmen ons afgeraden. Rest ons niets anders dan een fles bubbels, die al vanaf ons bezoek aan de vruchtbare wijngronden in Marlborough koud lag, te ontkurken en te genieten van de prachtige setting. De volgende dag rijden we vanaf de camping nog een paar kilometer verder. Na de camper geparkeerd te hebben, is het een korte wandeling naar het noordelijkste punt op het ‘vasteland’ van het Noordereiland. Het punt wordt gemarkeerd door een vuurtoren. We tikken de, uiteraard aanwezige, wegwijzer met daarop een aantal wereldsteden aan en genieten van het prachtige uitzicht.

Vuurtoren

Wandelen op de vulkaan

Het Noordereiland staat bekend om haar thermische en vulkanische activiteit, iets wat op White Island van dichtbij mee te maken is. White Island is een actieve vulkaan die ongeveer 50 kilometer uit de kust ligt. Omdat de deining achter op de boot minder is en daar ook vrij zicht is, kiezen we er voor daar te gaan zitten. Blijkt een wijs besluit, aangezien we later verschillende mensen wit weggetrokken naar buiten zien komen. Enkele kotszakjes worden goed gevuld… Na anderhalf uur varen komt White Island in zicht. De top van het eiland is gehuld in een permanente wolk, vanwege de stoom en gassen uit de krater. Na op het eiland afgezet te zijn lopen we met de gids over het eiland. Hoe dichter we de krater naderen, hoe penetranter de zwavelgeur wordt. Het is niet giftig, maar prikkelt de luchtwegen wel. Vandaar ook dat we een gasmasker tot onze beschikking krijgen. Lava is er niet te zien, wel borrelende modderpoelen en gele en witte zwavelkristallen. De gids vertelt onder meer dat zij elk jaar een paar nieuwe schoenen en een rugtas nodig heeft, omdat deze tijdens de vele tours door zwavel aangetast worden. In de wetenschap dat tot de jaren ’30 van de vorige eeuw mensen op het eiland woonden om in de zwavelmijn te werken, varen we terug naar het vasteland.

Vulkaan

Zwemmen met dolfijnen

Omdat we tijdens de boottocht naar White Island geen dolfijnen zagen, maken we dit goed door in Paihia met dolfijnen te gaan zwemmen. Het zijn echt wilde dolfijnen: ze worden niet gelokt en met hen zwemmen is aan allerlei voorwaarden gebonden. Als we dus op de boot stappen hebben we geen zekerheid dat het van een zwempartij zal komen. Al snel treffen we een grote groep dolfijnen. Omdat er babydolfijnen bij zijn mogen we er niet mee zwemmen. We varen daarom verder. De kapitein lijkt de moed een beetje te hebben opgegeven, maar besluit nog naar een baaitje te varen. Hij had daar de laatste tijd ook dolfijnen gezien. En warempel, er zijn er inderdaad twee. We zijn de eerste boot ter plaatse, maar omdat de kapiteins elkaar op de hoogte houden zal dat niet lang duren. Snel wordt iedereen op de boot in drie groepen verdeeld en krijgen we flippers en een duikbril aangereikt. Elke groep mag zo’n tien minuten zwemmen. Ik ben nauwelijks kopje onder gegaan, of één van de twee dolfijnen komt op armlengte afstand voorbij. Aanraken mag niet. Maar ook zonder ze aan te raken zijn ze van dichtbij groot en indrukwekkend! Inmiddels ligt ook de rest van de groep in het water. De twee dolfijnen zwemmen er constant tussendoor en onderdoor. Als de tien minuten voorbij zijn gaan we uit het water. Nog glunderend van oor tot oor zetten we koers richting Auckland.

Dolfijn

Wat buiten de shortlist is gevallen
De Huka Falls en Craters of the Moon die vanuit het gezellige Taupo prima met de fiets te bereiken zijn en tot slot de Waitomo Caves waarin al ’tubend’ glimwormen te zien zijn.

Island